In Tussen Kunst en Kitsch kwam afgelopen week iets voorbij waar ik nog nooit bij stilgestaan had. Iemand had een bronzen waterkan uit de vroege Middeleeuwen bij zich. Het was door zijn bouwvakkende vader uit de grond gedolven tijdens een nieuwbouwproject. De K&K expert was opgetogen en vertelde dat zo’n kan ook in de 14e eeuw al een kostbaar bezit voor de eigenaar was. Daarom is de kan uitgerust met zgn. klauwpoten, een soort leeuwenpoten. En heeft de tuit de vorm van een drakenkop.
Wat ik zo intrigerend vind, is dat hier duidelijk sprake is van energetische bescherming en gaat het niet in de eerste plaats om decoratie. Dieven worden op afstand gehouden met nep-leeuwenpoten en een enge draken- of hondenkop. Ik wist niet dat dit ook bij gebruiksvoorwerpen werd toegepast. Van vuurspuwers op kerken en kastelen had ik natuurlijk al wel gehoord, maar dit is voor mij nieuw. Ook wist ik eigenlijk niet dat zelfs rond 1300 nog met deze energieën werd gewerkt. Ik dacht dat dat alleen gebeurde zo in de tijd voor onze jaartelling. Naïef van me, want ook in deze tijd (en in de toekomst) wordt hiermee gewerkt. Alleen is dat niet meer zo bekend en gebeurt het meer onderhuids, energetisch zeg maar.
Nog even over de bescherming van kostbare gebruiksvoorwerpen: zou dat de reden zijn dat antieke meubels vaak van die rare leeuwenpoten hebben? Nooit over nagedacht, maar het kan maar zo! Dan zou het in de loop van de eeuwen geëvolueerd zijn van energetisch nut naar versiering naar afschaffing, we doen nu Ikea.
Een stèle is een grafornament dat de oude Egyptenaren toevoegden
aan het graf van een overledene. Egyptoloog Nico Staring van de Leidse
Universiteit heeft een stèle die na de Tweede Wereldoorlog verloren was gegaan
teruggevonden op de Universiteit van Michigan (VS). Hij vertelde hoe dat was
gegaan, maar veel interessanter vond ik hoe hij vertelde over de graven.
Graven langs de processieweg
Ik heb over enkele dingen die me opvielen aantekeningen
gemaakt. Wist je bijvoorbeeld dat men graag begraven wilde worden langs een
processieweg? Daar lopen geregeld veel mensen en zo herinneren de
processiegangers zich de doden, simpelweg omdat ze er langs lopen. Andersom
voelen de doden zich gezien door de levenden. Het contact blijft op deze manier
goed in stand.
Associërend kom ik dan uit bij onze eigen doden van vroeger.
Dat is dan waarschijnlijk ook een reden geweest om je vroeger in de kerk te
laten begraven. En later op het kerkhof bij de kerk. Zo werkt dat natuurlijk,
je wilt dicht bij elkaar zijn. Dit is de logische ontmoetingsplek van doden en
levenden samen.
De andere reden was dat je dichter bij God was, fijn in de kerk of er dichtbij.
In de kerk zelf begraven worden was ook een kwestie van status.
Hart scarabee
Nico Staring en zijn team hebben een zeldzame hart scarabee gevonden in het graf van Djehoety. Het is een steen gevat in goud in de vorm van een mestkever, compleet met gouden kettinkje.
Op de achterkant staat een tekst waarin het hart wordt
opgeroepen zich niet tegen de doder te keren. Zie de Engelse tekst hieronder.
De Egyptenaren gingen ervan uit dat alles wat je tijdens je leven hebt gedaan
in je hart is opgeslagen.
Heart scarab of
Djehoety
This ornament was designed for a deceased. On the belly of the scarab is a
spell from the book of the dead. Describes the heart asked not to testify
against his owner during the so-called targeted killing. The scarab is enclosed
in a gold frame and is attached to a chain of crochet gold rings. On the back
of the jewel is read that it belonged to Djehoety, a General under King
Thutmose III. With other precious jewels, the scarab on Djehoety’s Mummy. After
the discovery of his tomb in Saqqara in 1824 were these objects spread over
several museums. Saqqara; CA. 1450 BC.
This object originates from the collection of the Greek diplomat Giovanni
d’Anastasi. Leiden, National Archaeological Museum. 1490 – 1436 BC. 8.3 x 5.4 x
133 cm
(http://farlang.com/ancient-egyptian-jewelry-and-amulets)
Offerspreuken
In het graf zijn twee langwerpige stukken gevonden met tekst erop. Een soort lange planken. Ze werden ingebed aan de buitenkant van een kleine pyramide van 4 x 4 m en 8 m hoog. Onderdeel van een grafcomplex voor het graf van 1 familie.
1 plank met een offertekst voor de opkomende zon, gericht
naar het oosten.
En 1 plank met een offertekst voor de ondergaande zon c.q. de opkomende maan,
gericht naar het westen.
Een faience stèle – geglazuurd kalksteen
Een stèle bevond zich gewoonlijk niet binnen in het graf, maar was
ergens buiten neergezet ofwel tentoongesteld. Men weet nog niet precies hoe het
werd toegepast. Wel is duidelijk dat de stèle buiten diende te staan,
omdat het blauw geglazuurd was. De bedoeling daarvan was dat het kon glanzen en
schitteren in de zon.
Dat doet mij denken aan de schittering van het gouden
torenhaantje of de gouden bol bovenop een koepel. Schitteren, glanzen en
stralen zodat het de mensen opvalt, maar ook zo dat de straling nog hoger kan
rijken dan de toren of de pyramide hoog is. Een soort reiken naar God. Mooi he?
Isis en Osiris
Op onze stèle zie je links de godin Isis en daar
rechts van haar man Osiris (de godkoning van de doden, de onderwereld, de
dodencultus). Helemaal rechts zie je degene die in aanbidding is. Dat kan jij
zijn of ik! In het midden zie je wat voedsel dat geofferd wordt en een tekst.
Dit heb ik onthouden van de lezing van Nico Staring van Ex
Oriente Lux en dit vind ik interessant. Het zijn zomaar wat kruimels van een
heel rijke Egyptische historie, kleurig en betoverend.
Zaterdag was het 2 februari, de dag van Maria Lichtmis. Voor het eerst van mijn leven heb ik het gevierd, op mijn manier dan. Het is behalve een christelijk feest ook een natuurfeest dat bij de nieuwe heidenen soms Imbolc wordt genoemd. Het christelijke verhaal: Maria en Jozef nemen 40 dagen na de geboorte het kindje Jezus mee naar de tempel. Daar ontmoeten zij een priester en een priesters, Simeon en Hanna. Om beurten mogen zij het kindje even vasthouden. Je kunt dit zien als het opdragen van de nieuwgeborene aan God en de wereld. Het kindje wordt in de openbaarheid gebracht, in het licht gezet.
Christendom en de natuur Als je deze tijd van het jaar, koud en guur maar ook met sterker wordend licht, met het christelijke verhaal wilt verbinden dan klopt dat aardig met elkaar. De natuur wordt in het licht gezet, mag weer gaan stromen. Wijzelf ook na de lange winter. Echt, de lente komt eraan! Maria Lichtmis en Imbolc symboliseren voor mij de naar buiten stuwende levenskracht die weer in ons allemaal terugkomt na een winter van inkeer.
Pannenkoeken eten Weet je wat ik afgelopen zaterdag heb gedaan om dit gebeuren te vieren? ’s Ochtends een Imbolc visualisatie van de CD van Femke Bloem. O, inzichten weer! En vooral verwondering van wat er allemaal naar boven komt aan beelden. ’s Middags naar een klassiek, gratis concert in de Onze Lieve Vrouwe Basiliek hier bij ons in Zwolle. Daarna op de fiets naar huis gezwoegd. Tussen de natte sneeuwvlokken door opgemerkt dat het inderdaad al veel langer licht is. Pannenkoeken gegeten (4st.), want dat is in onze contreien heel lang de gewoonte geweest met Lichmis. In het plaatsje De Lichtmis bij Staphorst, is een truckerrestaurant waar je nog steeds pannenkoeken kunt eten. Pannenkoeken eten was heel vroeger bij de boeren ook al een traktatie. Na de lange winter was er altijd nog wel wat meel, een ei, wat melk, spek en stroop in huis om lekker te smullen!
Als je goed kijkt op de icoon dan zie je dat de dame links een mandje vasthoudt dat uit Keltisch vlechtwerk gemaakt lijkt!
Op het kerkhof van een piepklein Middeleeuws vrouwenklooster in Midden Duitsland (Dalheim) is een skelet gevonden van één van de nonnen uit die tijd. Raad eens wat de archeologen daar ontdekten? Jawel, er zaten sporen van lapis lazuli oftewel ultramarijn op haar tanden. De vondst betekent waarschijnlijk dat niet alleen mannen, maar ook vrouwen al in de 11e en 12e eeuw boeken verluchtigden met de prachtigste miniaturen.
Hildegard von Bingen Dit is temeer heel bijzonder omdat tot nu toe steeds werd gedacht dat de beroemde Duitse abdis Hildegard von Bingen haar visioenen liet uitbeelden door een monnik die als boekverluchter werkte, maar waarschijnlijk heeft ze dat dus zelf gedaan.
Dit berichtje doet mijn liefde voor woman power zo goed! Op het plaatje een visioen dat Hildegard kreeg. Vast en zeker dan ook door haarzelf getekend en ingekleurd. Ze was echt een groot kunstenares, genezeres en leidinggevende!
Dubbelportret
Een dubbelportret van een echtpaar. Nee! het is een vierdubbelportret, van een aristocratische Italiaanse familie. Moeder en dochter hangen in een museum in Baltimore en vader en zoon in Florence. Voor de gelegenheid van de tentoonstelling High Society in het Rijksmuseum zijn ze bij elkaar gebracht.
Familieopstelling
Ik ga iets doen wat niet helemaal eerlijk is, want de twee portretten zijn apart tot stand gekomen en hebben een verschillend geschilderde achtergrond. Ik doe net of het 1 groot portret is en maak er een familieopstelling van.
Dan zie je wel iets vreemds: geen van de geportretteerden kijkt elkaar rechtstreeks in de ogen. Het lijkt wel een los zand familie. Zoekt de een de ogen van de ander, dan kijkt die ander stevig de andere kant op.
De gravin en haar echtgenoot
Kijk maar: de vrouw zoekt de ogen van haar echtgenoot, maar hij kijkt naar jou als beschouwer. De zoon kijkt naar zijn zusje, maar ook zij kijkt niet terug, maar naar jou. Wat zou jouw rol zijn? Wordt er misschien iets van je verwacht? Wat vraagt het dochtertje aan jou? Of is het alleen maar: kijk ons eens, wat vind je van ons nu we hier zo deftig staan met z’n vieren?
Stevigheid en tederheid
Zoekt de gravin misschien steun bij haar echtgenoot? Hij is sterk naar buiten gericht, want zijn benen en voeten zijn duidelijk aanwezig, stevig op de grond. Haar voeten zijn niet te zien. Decent, wat normaal is voor die tijd. Maar het geeft ook iets anders aan. Ze is naar binnen gericht, wat aarzelend ook. Haar kleding bestaat uit zachte, tedere kleuren. Beschermend en teruggetrokken.
Wat een schoonheid, wat een intrigerende impressies. Het drukt ook romantiek uit, een verlangen naar zuiverheid.
Voor wie gevoelig is voor vormentaal: ik zie 2 driehoeken in 3d. Jij ook?
Extra info:
De portretten zijn van de hand van Paolo Veronese.
Gravin Livia da Porto Thiene en haar dochter Deidamia, ca. 1552. The Walters Art Museum, Baltimore, Maryland
Paolo Veronese, Graaf Iseppo da Porto (ca. 1500–1580) en zijn zoon Leonida, ca. 1552. Florence, Galleria degli Uffizi, Contini Bonacossi Collection
Morandi is een Italiaanse schilder die prachtige stillevens heeft gemaakt. Vandaag bezocht ik de tentoonstelling van zijn werk in Museum Belvedère in Heerenveen. Verstilling en intimiteit; geraakt worden….. Dat brachten zijn olieverfschilderingen van potjes, flesjes, kommetjes, vaasjes bij me teweeg. Hoe dat kon? Ja, weet ik ook niet. De kleuren die Morandi gebruikt liggen dicht bij elkaar. Eigenlijk zijn het weinig sprankelende kleuren, hij gebruikt alleen zachte, haast doffe tonen.
De eenvoudige composities zijn bij nader inzien eigenlijk toch niet zo eenvoudig. De kleuren liggen zó dicht bij elkaar dat het al gauw een morsig geheel zou kunnen worden. Het gebeurt niet, het wordt er juist poëtisch door. Subtiel.
Stel…. jij wil de tentoonstelling ook bezoeken, dan zal vlotjes langs de werken lopen niet gaan. Je openstellen, de schilderijen toegang verlenen tot jouzelf zal wel gaan. De schilderijen vragen tijd van je.
Hoe is dat ook al weer in ons eigen leven, in míjn eigen leven?
(De tentoonstelling is tot 10 juni 2018 te bezoeken.)
Magische toverschalen
Gisteren was ik bij een lezing over magische toverschalen! Hoe spannend wil je het hebben? Joodse volkeren in het Nabije Oosten gebruikten ze in de Late Oudheid als amulet en zetten ze in hun huis. Meestal met een defensief doel, dus ter bescherming van jezelf of van je huis. Maar soms ook waren ze agressief bedoeld, om een ander schade toe te brengen.
“In de naam van de Eeuwige wens ik al het goede voor mijn ouders, voor mijn vrouw en kinderen en voor al mijn vrienden.”
Hoe ging dat dan in z’n werk met die witte magie (over de zwarte heb ik het niet, uitbannen maar!)? De magiër bakte een schaaltje en daarin schreef hij spiraalsgewijs een bezwerende tekst. In het Aramees, want dat was de taal. Soms liep de tekst als het ware uit het schaaltje zo de lucht in. De schalen werden op verschillende plaatsen in het huis gezet. Blijkbaar om alle ruimtes te beschermen. Het deed mij denken aan oude gebouwde huizen, waarvan de hoeken soms op de windrichting staan. Zo gebouwd om onheil, kwade geesten, demonen af te weren, want de hoeken vormen als het ware pijlpunten om in alle windrichtingen af geschoten te kunnen worden. Een mooi staaltje vormentaal.
Grondsoort en klimaat
De toverschalen zijn jammer genoeg niet in onze streken gevonden. Maar dat wil niet zeggen dat ze hier niet gebruikt zijn, het zegt alleen dat de grondsoort en het klimaat in Syrië en Irak het mogelijk maken dat zulke terracotta schalen kunnen overleven.
Wervelende teksten
Het was een erg interessante wetenschappelijke lezing door mevrouw Dr. M.L. Folmer van de Universiteit van Leiden en van de VU. Ze behandelde de klare feiten en liet vage interpretaties achterwege. Erg verfrissend en fijn! Neemt natuurlijk niet weg dat ik er nu zelf wel op los ga interpreteren, dat begrijp je wel. Wat te denken van de tekst die uit het schaaltje loopt? Ik zou zeggen dat het de energie van de tekst is, die al wervelend zijn weg vindt. Er komt vast nog meer bij me boven, maar dat heeft even tijd nodig.
De lezing werd gegeven in de loge van de Vrijmetselarij in Zwolle en ging uit van de vereniging Ex Oriënte Lux.